Hoe nu verder?

De vraag Hoe nu verder? dienen we te beantwoorden op een moment in ons leven, onze geschiedenis, waarop door veranderende omstandigheden, na een oorlog, ramp of pandemie, er een kans ligt of een dwingende noodzaak te overwegen of ons leven op dezelfde manier als voor een dier calamiteiten voort te zetten of onze levenswijze ingrijpend te wijzigen vanuit de hoop dat die veranderingen onze wereld leefbaarder gaan maken, onze kans op geluk zullen vergroten.

Ik haal daarvoor drie begrippen uit de kast:

Vertrouwen, discipline en concentratie.

Als we ons afvragen Hoe nu verder? ben ik van mening dat we als voorwaarde vertrouwen in alles tot uitgangspunt moeten nemen. Immers waar geen vertrouwen is, ontbreekt tezelfdertijd initiatief en daadkracht.

Hoe is het met ons vertrouwen gesteld?

In onszelf, in de ander en het systeem waarin wij leven.

Kunnen wij de vraag Mag ik er zijn? met een volmondig ‘ja!’ beantwoorden, tegelijk beseffend dat dat ‘ja!’ kan pas volmondig zijn als de ander ook volledig instemt met jouw aanwezigheid op deze aarde. Elkaar vertrouwen.

Noodzaak bij beantwoording van de vraag Hoe nu verder? is tot het inzicht komen dat ik = de ander.

Want ik ben de ander voor de ander die zichzelf ervaart als ik.

We zijn voortdurend tegelijk ik en de ander.

Mijn tweede punt betreft discipline.

Als we iets hebben kunnen leren uit de afgelopen tijd is dat het theoretisch besef van de noodzaak tot beheersing niet altijd gelijk opging met de practisering ervan.

Ook hier spelen het thema van ik en de ander weer een rol. Wat voor de een geldt, moet voor de ander ook gelden.

Op basis van kennis en wetenschap zullen we niet alleen moeten erkennen dat het verstandig is gezond te leven, zuinig op de omgeving te zijn, zorg voor de ander te voelen, maar het ook doen.

Discipline is het antwoord op de vraag Wil ik er zijn? Als die met een volmondig ‘ja!’ beantwoord wordt is de consequentie dat je macht over jezelf hebt. Weerstand kunt bieden aan een ziekelijk systeem dat verdient aan jouw zwakte. Dat je leert je ziel te beheren.

Ieder mens beschikt over talenten. Vertrouwen en discipline effenen het pad naar de concentratie, de quarantaine van de geest. In de afzondering kun je komen bij het diepste in jezelf: je drijfveren, je verlangens. Dan kom je bij jouw specifieke talent. Het onderwijs moet er op gericht zijn dat te verwezenlijken.

Omdat een mens alleen niets is, bestaat bij de gratie van de ander, moet hij zich laten gelden. Daarin kunnen we samen zijn in spreken en luisteren in schrijven en lezen.

In de manifestatie van onze talenten.

wees niet bang

je mag opnieuw beginnen
vastberaden doelgericht

of aarzelend op de tast
houd je aan regels

volg je eigen zinnen
laat die hand maar los

of pak er juist een vast

wees niet bang

voor al te grote dromen
ga als je het zeker weet

en als je aarzelt wacht
hoe ijdel zijn de dingen

die je je hebt voorgenomen
het mooiste overkomt je

het minste is bedacht

wees niet bang

voor wat ze van je vinden
wat weet je van een ander

als je jezelf niet kent
verlies je oorsprong niet

door je te snel te binden
het leven lijkt afwisselend

maar zelfs de liefde went

wees niet bang

je bent een van de velen
en tegelijk

is er maar een als jij
dat betekent dat je

vaak zult moeten delen
en soms zal moeten zeggen

laat me vrij

Het gaat niet goed met dit land, zegt de een

Daar moet iets aan veranderen, zegt de ander

Ja maar wat? vraagt de een

We moeten de problemen bij de kiem aanpakken, zegt de ander

Wat is de kiem? vraagt de een

Maak daar maar wie van, zegt de ander

Hoezo? vraagt de een

Wie is de kiem van alle problemen? vraagt de ander

De ander, zegt de een

Dan moet die veranderen, vindt de ander

Jij dus, zegt de een

Huh? Wacht even, zegt de ander, het gaat me allemaal wat te vlug. Even opnieuw. Dit keer begin ik

Het gaat niet goed met dit land, zegt de ander

Daar moet iets aan veanderen, zegt de een

Ja maar wat? vraagt de ander

We moeten de problemen bij de kiem aanpakken vindt de een

Wie is de kiem vraagt de ander?

De ander, zegt de een

Dan moet die veranderen, zegt de ander

Jij dus, zegt de een

Wat gek, zegt de ander,

komen we weer bij mij uit

Dat komt omdat jij de ander bent, zegt de een

Dus ik moet veranderen, zegt de ander

He he, verzucht de een, heb je het eindelijk door?

Goed, zegt de ander, ik ga rigoureus veranderen Voortaan ben ik ook de een

Dat kan niet, zegt de een, er kan er maar een de een zijn en dat ben ik

O ja, zegt de ander, wel eens gehoord van iedereen?

Freek de Jonge